Fabricagetechnieken 1 Les 4 huiswerk : Metalen product

Hallo, het huiswerk deze week is:

Video 1.3 bekijken .
De huiswerkopdracht  is om een product van (plaat)metaal te onderzoeken, en het kiezen van geschikte productietechnieken.  Bekijk de video goed, want er zit ook uitleg over de opdracht in.

Opdracht

1. Ga in de keuken op zoek naar een product van plaatmetaal. Knoflookpers, kaasschaaf, servethouder, etc.
2. Kies één onderdeel van het product uit. Maak er een foto van.
3. Hoe groot schat je de seriegrootte van het product (ongeveer) in  ? Geef er een korte uitleg bij.
4. Maak een keuze voor een fabrikagetechniek. Volg het voorbeeld uit video 3, en maak zelf de tabel. Dit is de meest geschikte techniek.
5. Kies ook een andere fabrikagetechniek voor het onderdeel uit.  Gebruik weer de tabel.
6. Waardoor is deze andere techniek, minder goed dan de meest geschikte techniek ? Probeer beide technieken met elkaar te vergelijken.
    
   Resultaat
    
   Maak een word document, met daarin:
    
   1) Een foto van het product.
   2) Een schatting van de seriegrootte van het product.
   3) Een keuze van de meest geschikte fabrikagetechniek. Doe dit aan de hand van de uitleg in video 3.
   4) Kies ook een andere fabrikagetechniek voor het onderdeel uit.  Vergelijk deze andere techniek, met de meest geschikte fabrikagtechniek.
    

 

 

 

 

Uitleg bij de Thuisopdracht metalen product  (opdracht 2)

 

Deze opdracht is bedoeld om op een duidelijke manier een fabrikagetechniek voor een product of onderdeel uit te kiezen. Als je je keuzes goed kunt onderbouwen, begrijpen anderen je ontwerp beter en wordt het hele ontwerpproces er beter door. Dat is de gedachte er achter.

 

We gaan nu gebruik maken van een ‘tool’ om de keuze ‘zakelijker’ te maken. We maken gebruik van een zogenaamde ‘technieken-eigenschappen-tabel’. In de komende leerjaren zul je er nieuwe ‘tools’ voor gaan leren, bij het vak Methodisch Ontwerpen.

 

Voorbeeld van een keuze van een fabrikagetechniek : bbq-starter

Stel, je hebt een opdracht gekregen om een nieuwe bbq-starter te ontwerpen.

De starter wordt in een kleine serie gemaakt; die productvoorwaarde is door iemand bepaald. Nu gaan we fabrikagetechnieken erbij zoeken. We kijken apart naar ieder los onderdeel. 

 

In dit voorbeeld gaan we naar de beschermplaat voor de hand kijken. Het is een dunne plaat, met 4 zettingen. Er zitten afrondingen aan, en 2 gaten in. Het hoeft niet ergens in te passen. Dus het hoeft niet erg nauwkeurig te zijn.

 

Nu gaan we in de tabel kijken. We gaan de rijen af. In de rijen staan de fabrikagetechnieken. In de kolommen staan de eigenschappen bij die technieken.

 

Knippen ® heeft slecht staan bij vormvrijheid, en valt dus af.

Stansen ® heeft hoog staan bij kosten bij lage seriegrootte, en valt dus af.
Ponsen ® heeft slecht staan bij vormvrijheid, en valt dus af.
Ponsnibbelen ® heeft (bij lage seriegrootte) nergens slecht staan, en zou dus kunnen. Wel een matige vormvrijheid.
Knabbelen ® scoort slecht, slecht en matig bij automatisering, nauwkeurigheid en vormvrijheid. Valt af.

Lasersnijden ® scoort vrijwel overal een ‘voldoende’ of hoger.

We kiezen dus voor lasersnijden bij dit onderdeel.

Bij het omvormen is het makkelijker kiezen van de techniek, omdat er minder technieken zijn. Vaak bepaalt de vorm van het product ook meteen de fabrikagetechniek.  Als het een buis is, dan wordt het altijd buigen.